Zondag vlogen we naar Java, waar Paul en Dorien al sinds zaterdag waren. Er was echter wel een klein probleempje bij de douane van Indonesië: de man achter de balie kon ons volgens de regels geen visum geven. Wat was het probleem? We hadden geen ticket gekocht om uit Indonesië weg te gaan, en dat is blijkbaar verplicht. Maar gelukkig zijn ze je in dergelijke landen best bereid om te helpen – mits je hen “helpt”. Duidelijker kon het niet, dus ipv 25$ pp, waren we nu 45$ pp kwijt voor een visum.

Als eerst even pinnen, en dan een bus naar het trein-/busstation vanwaar we een taxi (weer teveel betaald?!) moesten hebben naar het hostel. Omdat het hostel geen bordje met de naam had, duurde het even voordat onze chauffeur het had gevonden. Eindelijk, veel later dan gehoopt, ging het hek open en zagen we bekenden! Harrie’s broer Paul en onze vriendin Dorien zaten al op ons te wachten. Het was inmiddels half 8 ’s avonds en we hadden trek – dus na het inchecken gelijk op zoek naar een restaurantje. Na het eten hebben we in het hostel na lange tijd gerikt (Brabants kaartspel). Dat was lang geleden!

Paul en Dorien vertelden dat Jakarta zelf niet interessant was, dus besloten we de volgende ochtend naar Bogor te treinen. In de trein was geen zitplek, maar we waren bijna bij een groot station; daar zouden we vast wel een zitplekje kunnen pakken. Het omgekeerde bleek: praktisch niemand stapte uit, de treinen werden echter alleen maar voller! Zo hebben we een uur in de trein gestaan, met backpacks op de rug! Er was namelijk al snel geen ruimte meer om deze af te doen of neer te zetten..

In Bogor gingen we op zoek naar vervoer, en kwamen al snel bij een toeristen info uit. Hier konden we voor een miljoen (+/- €90,-) per persoon 2 dagen op pad. Dat was ons teveel, dus gingen we verder zoeken. We besloten voor een half miljoen een taxi te huren naar de theeplantages bij Puncak Pass. In plaats van ergens in de middag, kwamen we daar pas om 8 uur ’s avonds aan! Oorzaak? Ramadan-file.. Meer nog dan in Maleisië, is de bevolking overwegend moslim. Gelukkig hadden we nu weer een e-reader, met dank aan Paul die hem uit Nederland mee heeft genomen! (En tijdschriften, en drop, en kaas, etc.)
Puncak Pass is niet groot (passage, weg met een paar huisjes eromheen). Het eerste hotel was vol, tweede (4*) te duur, derde ook vol.. Gelukkig was er nog een “villa” met 3 kamers, woonkamer, en veranda beschikbaar, waar we onze spullen hebben gedropt en zijn gaan eten!

De volgende ochtend, ja de file stond er nog steeds, zijn we gaan wandelen naar de theeplatages. Rond 12 uur hebben we de tassen ingepakt en zijn we aan de wandel gegaan, op zoek naar vervoer. Na wat een eeuwigheid leek, zijn we gestopt bij een hotel met taxi-service. Er was echter geen taxi zo gek om ons op te halen met zoveel files.. Gelukkig hoorden we ook van kleine pendel busjes, waar op Aziatische wijze uiteraard meer mensen in passen dan in Europa gedacht kan worden! Na een kilometer of 3 mochten we er al weer uit. Na een korte zoektocht naar een treinstation wat er niet was, zijn we achtereenvolgend nog in een paar pendelbusjes gestapt voordat we in een grote bus konden stappen die ons in 2 uur naar Bandung zou brengen. Net als eerder in de trein, hadden we nu weer staplaatsen. Anders was wel dat de backpacks dit keer in het ruim konden! Na een aantal minuten werden we geroepen dat er één zitplek vrij was. Bij matig enthousiasme (beleefdheid?) bij mijn drie reisgenoten, heb ik de plek dankbaar geaccepteerd!

Na deze rit werden we weer een busje in gedirigeerd, waarmee we naar het treinstation konden komen om op onze eindbestemming “Pangandaran” te kunnen komen. Gelukkig kregen we hulp van drie Indonesische meiden. Ook bij het treinstation waren er weer obstakels: de trein van 19.00u reed niet, en die van de volgende ochtend zat al vol.

Eerst even eten en nadenken over de opties. Veel keus was er niet qua restaurantjes, dus hebben we bij een straatstalletje nasi goreng gegeten. Heerlijk! Na een vol bord hebben we nog een extra bord besteld, en samen opgegeten. Volgens mij vonden die Indo’s het prachtig!
Een andere mogelijkheid was om met een bus direct te gaan, maar die vertrok weer vanaf een (ander) busstation, en dan zou je midden in de nacht aankomen. Omdat we al het gereis en alle bussen wel zat waren, besloten we om een goedkoop hotelletje in Bandung te nemen. Morgen zien we wel weer verder…