Dinsdagavond hadden we de bus naar Arequipa. We stapten een willekeurige auto in die voor ons stopte (geen officiële taxi, maar wel effectief) en gingen op weg naar het busstation. Onderweg nog gezellig Spaans gekletst (bla-bla-país-bla-bla – owja, “land”, soy de Holanda) met de chauffeur. We hadden weer een eersteklas plek gekregen, ditmaal zelfs met internet! En diner om 21:00u, dat was ook niet echt meer nodig..

De volgende ochtend kwamen we aan op het station. We waren al gewaarschuwd dat we misschien moesten wachten, dus we hadden al stoelen uitgekozen en keken uit naar een ontbijtmogelijkheid. Ik keek achterom en zag opeens iemand achter ons zitten met een briefje met onze namen! Daarop spraken we haar aan, en bracht ze ons naar de “Plaza” (- de Armas, die hebben ze overal!) waar we een heerlijk ontbijtje konden scoren. Daarna gingen we gelijk door met de tour naar de Colca Canyon!

In een klein busje pikten we de rest van de groep op. We maakten een stop waar je coca bladeren mét steen kon kopen – nóg beter om hoogteziekte te voorkómen. Natuurlijk moest Harrie deze culturele manier proberen; Pleunie had genoeg aan een flesje coca cola (“coca” cola is toch ook iets van coca?)

Arequipa ligt op 3600m, maar we moesten nog wel een berg over van 4900m om bij het dorpje te komen waar we zouden overnachten. Onderweg kregen we heel veel uitleg (vooral langdradig), maar iets interessants ging over de lama-soorten. Er waren 4 soorten, waarvan de alpaca en de lama het meest op elkaar leken. Om ze te onderscheiden van elkaar: alpaca’s lijken het meest op schapen; kleiner, korte poten, zie foto’s! Alpaca’s zijn veel interessanter om te houden; vlees is lekkerder en wol is fijner / beter.

In het dorpje aangekomen gingen we eerst lunchen. Buffetstijl, dus ideaal! Daarna konden de liefhebbers nog meegaan voor een wandeling in Janque, een dorpje vlakbij. Hier zagen we een en ander van de pré-Inca tijd. Een van die dingen is een natuurlijke “koelkast”, waarvoor ze eerst aan touwen langs een richel moesten lopen om erbij te kunnen. Dan ben ik toch wel erg blij met onze elektrische variant op 1 minuut afstand van de bank en de tv!

Later die middag konden we mee naar de hotsprings, maar we waren moe en toe aan rust. We hadden natuurlijk ook geen ideale nacht achter de rug in een slaapbus, dus vielen we als een blok in slaap toen we op onze kamer kwamen! ’s Avonds hadden we weer een programma, waarvoor we besloten om uit bed te kruipen. We gingen namelijk uit eten met een traditionele muziek- en dansvoorstelling. Harrie had het “geluk” om uitgenodigd te worden om mee te doen. Onder aanmoedigend applaus nam Harrie de uitnodiging aan, en mocht op de grond gaan liggen om geslagen te worden… Het verhaal erachter ben ik vergeten!

De volgende ochtend hadden we op tijd ontbijt, zodat we op tijd zouden zijn om condors te spotten. Condors zijn de op één na grootste vogels ter wereld, die zo groot en zwaar zijn dat ze de thermiek gebruiken om omhoog te vliegen. Een ingewikkeld natuurkundig verhaal (succes op Google), wat betekent dat ze amper met hun zware vleugels klappen, maar rondjes vliegen en in een andere luchtstroom omhoog komen. Eerst zagen we alleen maar een paar stipjes, niet zo indrukwekkend. Totdat ze opeens boven onze hoofden vlogen met hun 3 meter vleugelspanwijdte!

Na de voorstelling hebben we nog een aantal keer gestopt met waanzinnige uitzichten over de vallei. Uiteindelijk begonnen we weer aan de terugtocht naar de stad Arequipa, waar we een herkansing kregen om op de top te genieten van het uitzicht. Op de heenweg begon het bovenaan namelijk te sneeuwen! Na wat mooie foto’s gingen we weer verder, en werden we afgezet bij ons hostel.

In het “Amazing hostel” (ja, zo heette het écht) kregen we donderdag een heerlijk ontbijt van bananenpannenkoeken. Even later gingen we op pad in de stad, via een leuke route langs allerlei letters en cijfers op de gratis plattegrond. Bij een markt hebben we aardbeien, bananen en wat bolletjes gekocht. Later, op de plaza, hebben we dit als lunch verorberd. Lekker, gezond en belachelijk goedkoop! Ondertussen verbaasden we ons over de dienst die de man naast ons op het bankje probeerde te verkopen – met een ouderwetse typemachine  Voor onze neus verscheen er opeens een optocht, een demonstratie. Voor betere lonen in het onderwijs? Nee, beter is mijn Spaans niet, maar er was in ieder geval een hoop politie om alles in goede banen te leiden.

We liepen verder langs een grote kerk, waar we voor een paar cent een kaarsje mochten branden. We gingen daarna nog op zoek naar een klooster. We zagen op een bord dat die tussen 16:00-17:15u open zou zijn, dus gingen we nog even relaxen in het hostel. ’s Middags gingen we weer terug, en kwamen we erachter dat we op de verkeerde plek waren geweest; op de juiste plek stond een ander bord dat je na vieren niet meer welkom was. Helaas, kans gemist.

We besloten om lekker een drankje te doen met uitzicht op de plaza. Toen de schemering in viel, begonnen lampjes te branden wat de plaza een heel mooi effect gaf!

We besloten iets verder van het centrum te gaan eten. Scheelt toch een hoop in prijs, zo dachten wij. We liepen op een gegeven moment ergens naar binnen, waar we alsnog vrij duur hebben gegeten. Het was echter wel héérlijk! Zowel ons beider eten als de wijntjes. Wauw, aanrader!

De volgende ochtend werden we, zoals beloofd, opgehaald bij het hostel door een taxi. Die bracht ons (gratis, hoorde bij de totale reis die we in Cusco geboekt hadden) naar het busstation. Dit was nog best ver, maar we waren prima op tijd voor onze bus naar Puno. We hadden wel wat problemen om door de “poort” te gaan. We werden steeds tegengehouden in het Spaans, maar uiteindelijk bleek er een soort incheckbalie met lounge te zijn van de busmaatschappij. Toen we dat eenmaal doorhadden, was het appeltje-eitje!