Vanuit ons luxe hotel moesten we de straat oversteken voordat we in de rij stonden om in te checken. Daar hoefden we niet in de lange rij te wachten, want met de business-class kaartjes mochten we bij een andere balie inchecken. Helaas was er voor ons geen lounge op het vliegveld, maar we hadden een heerlijk panini-broodje en verse sap kunnen halen bij de Starbucks!

Ook op het vliegveld in Lima was er geen lounge, maar we hadden weer eersteklas plekken. Iemand lachte ons uit toen we bij de business klas op twee stoelen gingen zitten, omdat hij dacht dat we zomaar ergens gingen zitten. Toen hij doorhad dat we er bewust gingen zitten, keek hij heel verbaasd en wenste ons een hele fijne reis! We voelden ons als een prins en prinses, te beginnen met een welkomstdrankje in de ruime stoelen, een kussentje en een dekentje. Ons eten was natuurlijk niet zo goedkoop als wat de rest van het vliegtuig kreeg; we hadden de luxe versie ervan! Het was dus wel even jammer dat we na twee vluchten dus echt in Cusco aan waren beland.

Op het vliegveld pinden we even wat en gingen naar buiten. Daar namen we geen taxi, want we hadden in de Lonely Planet over “collectivo’s” gelezen: gezamenlijke taxi’s die een bepaalde route rijden. Er waren dus geen bussen, maar met een vaste prijs van 0,70 sol (€0,20) per rit snap ik niet wat het verschil daartussen is…

De eerste stap, de richting, was duidelijk: we moesten naar het centrum, vlakbij “Plaza de Armas”. Instappen, betalen moest bij het uitstappen bij het geldmannetje. (Er was namelijk een chauffeur voor het rijden, en een extra mannetje die de deur open en dicht deed en de financiën regelde.) Betalen was een tweede! Ons kleinste briefje van de pinautomaat was een briefje van 50 sol, en de taxirit moest voor 2 personen 1,40 sol kosten. 48,60 sol was erg veel wisselgeld, dat had onze geldman niet. Dit had ik al voorzien, dus ik wachtte niet tot bij het uitstappen, maar begon daar halverwege al over in de hoop dat hij nog wat kon regelen. Een medepassagier pakte het briefje van 50 uit mijn hand en gaf daar 2×20 en 1×10 voor terug; en dat zonder woorden! Het briefje van 10 was wel klein genoeg, zodat we netjes onze 1,40 sol konden betalen voor onze rit van 5 km.

We vonden al snel ons hotel en hadden een 4-persoons slaapzaal voor onszelf. We hebben hier genoten van het internet, en besloten te lunchen in de bar van het hotel. Eind van de middag zijn we in slaap gevallen en besloten, toen we even wakker werden, om helemaal onder de dekens te kruipen. De volgende dag zouden we over gaan in een 6-persoons slaapzaal, en moesten uit- en inchecken vóór 13.00u. Geen probleem zou je denken, maar door die vier dagen heel veel reizen en die gekke zaterdag met het tijdsverschil raakte onze klok toch wel even van slag. Daarbij kwam nog dat we geen raam in onze kamer hadden, waardoor we echt geen besef meer hadden van dag en nacht. Om half 1 ’s middags werden we wakker, en moesten dus nog een beetje haasten ook.

De dagen erna hebben we bewust lekker rustig aan gedaan om uit te rusten en om ons tijd te gunnen om aan de hoogte te wennen. Cusco ligt namelijk wel op 3200 meter hoogte! In het hotel kregen we dan ook “coca-thee”, tegen hoogteziekte. Dit is thee van coca bladeren. Dit zijn inderdaad de bladeren die overal in de wereld (behalve in Peru en Bolivia) verboden zijn, omdat daar (bij de juiste bereiding ervan) cocaïne van gemaakt kan worden. Als verse bladeren is het onschuldig, en kan het helpen om beter zuurstof op te nemen. Het smaakte niet zo verkeerd, dus wilden we het best proberen.

We zijn in deze paar dagen naar de Plaza de Armas geweest, wat eigenlijk een plein is wat als “centrum” wordt gemarkeerd. Dinsdagavond hebben we ook in een restaurantje aan het plein gegeten, wat qua prijs verrassend genoeg eigenlijk wel mee viel.. We hebben ook nog een leuke markt bezocht, en hoopten daar eigenlijk nog geschikte kleding te vinden voor de inca trail. Een jas en een vest hadden we wel, maar een extra shirt met lange mouwen (thermo-spul?) Leek ons wel fijn. In de markt hadden ze vanalles, maar niet wat we zochten. We hebben hier nog een paar banaantjes gekocht voor 50 centimos (sol-cent) bij een oud vrouwtje, die misschien wel te oud was om een goede prijs te vragen.. We vonden het namelijk bijzonder goedkoop! Uiteindelijk buiten de markt, na vele winkeltjes in- en uitgelopen te hebben, zagen we voor ons allebei iets geschikts. Missie geslaagd.

Woensdag zijn we langs het kantoor van Peru Treks gelopen. Dit was de organisatie waarbij we de Inca Trail hadden geboekt. De originele, die je echt maanden van tevoren moet boeken – anders is het vol. Er is namelijk de regel dat er maximaal 500 mensen tegelijk op de trail mogen zijn, en dat zijn zowel toeristen als dragers en gidsen. Gelukkig hadden we het al in mei geboekt, en mochten nu het openstaande bedrag betalen. We kregen gelijk wat informatie en alvast ons gratis “I survived the Inca Trail” t-shirt. Vrijdagochtend zouden we tussen 5:20 en 6:00u bij ons hotel worden opgehaald, dus zorg dat je klaar start was de mededeling.

Het hotel was een echt party-hotel, en had elke avond een themafeestje. Een van de avonden was het ook “Halloween”. In Nederland niet zo populair, maar in Cusco een hele happening! Op de straten zag je drommen mensen, en dan vooral kinderen, verkleed. De kids gingen natuurlijk overal langs om snoep op te halen, maar wat ons verbaasde was dar ook winkels en restaurants bakken snoep klaar hadden staan. Bijzonder om mee te maken, dus zijn we ook in de bar nog even naar het feest gegaan. Eigenlijk een soort carnaval, vond ik als inwoner “Boven de rivieren”.. Een verkleedpartijtje met bier!

De laatste avond hadden we alle waardevolle spullen al in de kluis laten leggen voor tijdens de Inca Trail, voordat we besloten om toch de toer te boeken die het reisbureau voor ons had samengesteld. Nadeel was dat we na de trail pas konden iets betalen, maar dat was geen probleem. Na het eten gingen we maar op tijd naar bed, klaar en zo goed mogelijk voorbereid op de tocht van 4 dagen…